Probleemoplosser: Epoxyhars

Gebruik een weegschaal of de streepjes op de RESION mengbeker om de juiste hoeveelheid hars en verharder af te wegen. Gebruik de mengverhouding zoals op de verpakking staat aangegeven.

Meng voldoende. Schraap bij het mengen ook de wanden en bodem mee. Eventueel de twee-beker mengmethode gebruiken: giet de epoxy na het mengen in een schone mengbeker. Meng het geheel nu nogmaals. De epoxy is nu klaar voor gebruik.

Verwarm de epoxy in de verpakking tot ca. 40-50 graden. Draai de dop een slag open, alvorens te verwarmen, om drukopbouw te voorkomen. Na verwarmen de verpakking weer sluiten en de fles even goed schudden. Na afkoelen is de epoxy weer helder en bruikbaar.

Let op: verwerk geen gekristalliseerde epoxy.

Giet dunnere lagen, en/of bij lagere temperaturen. Zorg eventueel voor afvoer van warmte door ventilatoren te plaatsen, of een koeling aan te leggen.

Epoxy genereert warmte bij het uitharden. Bij grote hoeveelheden in een beker kan de temperatuur snel stijgen en kan de epoxy gaan roken. Verwerk de epoxy niet, maar zet de pot buiten en voeg eventueel een laagje water toe.

Amineblush of carbamatie ontstaat wanneer vrije verhardermoleculen zich binden aan CO₂ uit de lucht, vaak door vocht. Hoe kouder het is, hoe langer deze moleculen actief blijven. Laat de epoxy in de pot even voorreageren en werk bij een hogere temperatuur en lagere luchtvochtigheid.

Verwijder amineblush met water en wat zeep of ammonia. Schuur het oppervlak en breng indien gewenst een nieuwe laag aan.

Houd de luchtvochtigheid onder 60% om de kans op carbamatie te verkleinen.

9. Clusters luchtbellen verschijnen aan de oppervlakte.

Object niet voldoende geseald. Lucht ontsnapt uit poreuze plekken.

Volg deze stappen om het te corrigeren: schuur de epoxy weg en impregneer het oppervlak met epoxy met een kwast. Besteed extra aandacht aan knoesten, zacht hout en scheuren. Na 8 tot 24 uur kun je opnieuw gieten..

Zacht hout, kops hout en poreus materiaal absorberen epoxy. De oppervlakte is niet voldoende geïmpregneerd.

Giet het project opnieuw, na licht schuren.

11. Foto’s, prints of vezeldoek ziet er donker of vlekkerig uit.

De epoxy is in het project getrokken.

Lijm en impregneer prints met een geschikte sealer (4 delen witte houtlijm, 1 deel water). Laat het volledig drogen voordat je de epoxy giet. Vlekkerige foto's kunnen niet worden gered.

12. Putjes of kraters verschijnen in de oppervlakte

a. Stofdeeltjes op het project gevallen.

b. Laat gebarsten luchtbellen hebben geen tijd meer gehad uit te vloeien.

c. Overvloedig gebruik van de gasbrander verstoort het oppervlak. Het gebruik van warmtelampen om het uithardingsproces te versnellen kunnen het oppervlak ook verstoren.

d. Was, vet en vuil stoten epoxyhars af.

a. Licht schuren en dan opnieuw gieten. Zorg ervoor dat er geen stof op het project kan vallen.

b. Zorg ervoor dat alle luchtbellen gebarsten zijn voor het project uithardt. Gebruik hier een brander of Bubble Burst voor.

c. Beweeg de gasbrander 1 à 2 keer over het oppervlak. Blijf de gasbrander bewegen. Gebruik geen warmtelampen.

d. Veeg kraters schoon met een schoonmaakmiddel om was en vet te verwijderen. Schuur het oppervlak licht op en giet opnieuw.

13. Epoxy hecht niet op het project.

a. Ongeschikte sealer of coating gebruikt onder de epoxyhars.

b. Beits, of een gelakte ondergrond was nog niet droog. Hout was niet voldoende droog.

c. Als enkel de zijkanten loskomen: was, gebruikt om druppels aan de onderzijde makkelijker te kunnen verwijderen, heeft de zijkanten vervuild.

d. Machinaal schuren van de zijkanten kan de fotohars los doen komen.

a. Gebruik een mengsel van 4 delen witte houtlijm en 1 deel water, of een dunne laag epoxy. Test de geschiktheid van het project voor het gieten. Om een project te herstellen: verwijder de epoxy, maak schoon met aceton, impregneer met een dunne laag epoxyhars (met een kwast aanbrengen), en giet na 8 tot 24 uur een nieuwe laag.

b. Gebruik wasvrije beits en zorg dat beits en verf volledig droog zijn voor het gieten van epoxy. Gebruik alleen droog hout.

c. Wanneer was aan de onderzijde gebruikt wordt, wees zeer zorgvuldig zodat de was niet op de zijkant of bovenkant komt.

d. Bij machinaal schuren van de druppels, schuur van buiten naar binnen, niet andersom.

14. Kristalvorming aan de oppervlakte

a. Te heftige schommeling in temperatuur.

b. Te heftige schommeling in luchtvochtigheid.

c. Te hoge oppervlakte spanning in midden van gegoten object.

a. Zorg ervoor dat de temperatuur zo constant mogelijk blijft tijdens en na het gieten voor zolang het uitharden duurt. Dit is afhankelijk van de temperatuur. 

b. Zorg ervoor dat de luchtvochtigheid redelijk constant blijft.

c. Wanneer bovenstaande zaken in orde waren voeg 1 tot 2% Xyleen toe aan de hars om oppervlakte spanning te verlichten. Vraag ons voor gebruik om advies.